
bron: pixabay.com
Ik vind dat opvallend weinig ouderen zich hier op Hoe Ouderen Denken melden, hoewel dit eigenlijk een tijd is, waar onder andere ouderen als “hoogrisicogroep” centraal staan. Daarom wil ik wel even mijn zegje doen.
Vergeef me overigens mijn verbittering, maar ik ben op dit moment nog in diepe rouw. Gert heeft mij op 19 maart jl. verlaten. Achtergelaten op deze uit het lood geslagen wereld. De laatste dagen gingen zo snel… Maar hij was op, hij kon niet meer. En hoewel mijn leven nu rauw is van leegte en zwanger van gemis, ben ik ergens opgelucht dat hij deze misère tenminste niet meer in volle sterkte heeft hoeven meemaken. Dat hij in ogenschijnlijke rust aan zijn eigen ziekte mocht sterven. Dat hij niet gestikt is in zijn longvocht, maar vredig ingeslapen, terwijl we elkaars handen vasthielden en onze tranen in de mond lieten lopen. Wij waren meer samen dan ooit tevoren. Ik heb zelden zo veel en zo lang gehuild.
Gerts verscheiden is nu een krappe maand geleden. De begrafenis was verplicht klein, maar niet minder intens. En nu zit ik hier een beetje te zitten. Het geeuwende gat gaapt dagelijks harder. Mijn kleinzoon heeft voor mij een tablet met mobiele verbinding ingericht. Nu kan ik tenminste op afstand met mijn familie en mijn vriendinnen praten. Maar desondanks ben ik schrijnend eenzaam. Het lege ziekenhuisbed staat nog midden in de woonkamer, maar niemand kan het komen ophalen. Soms slaap ik erin, omdat het nog een klein beetje ruikt naar Gert.
Met de tablet kan ik ook boodschappen bestellen. Het duurde wel even voor ik het allemaal begreep, maar het lukt. Nu hoef ik helemaal niet meer naar buiten. Maar juist dat buiten mis ik zo. Het praatje met een levende, vitale mens. Het ommetje door de buurt. Op mijn bankje in de zon voor het huis. Maar naar het buiten van nu wil ik niet meer. De angst is te groot. Niet mijn angst, maar die van de andere mensen daar.
Ik wil dit leven niet. Alles en iedereen is des doods. Stil. Mat en platgeslagen. En heel eerlijk? Voor mij als hoogbejaarde hoeft ’t ook allemaal niet. Ik ben ondanks mijn hoge leeftijd nog steeds redelijk gezond te noemen, ik heb een mooi leven gehad. Maar als ik Corona krijg, hoef ik echt niet naar het ziekenhuis. Dan laat mij maar. Geef mij eventueel een morfineshot tegen de pijn en laat mij alstublieft gaan.
Als ik zie hoe oude mensen die uiteindelijk genezen, eraan toe zijn, denk ik enkel: waarvoor? Die mensen hebben verkleefde longen met littekenweefsel en blijven nog maanden, zo niet jaren zwak en kortademig. De meesten van hen lijden onder posttraumatische stress, verwarring en desoriëntatie. Kunnen niet langer de dingen doen die ze voorheen zo graag deden. Ik hoef dat niet. Mijn leven was goed en lang, dus laat mij alsjeblieft sterven, mocht het zover zijn? Dan is het mijn tijd.
Een kennis van mij is inmiddels overleden aan Corona. Een vriendin (76) ligt momenteel in het ziekenhuis. Ik had het met een andere vriendin (zij is 81) over dit alles. Wat het met ons mensen op hoge leeftijd doet. En zij had dezelfde mening: deze hele ellende, ook de economische, hoeft voor ons en ook voor de meeste andere ouderen niet. Als het om hen gaat, laat dan maar. Dan was dit het en dan is het mooi geweest. Je moet toch een keer sterven; dan maar nu.
Geef die ziekenhuisplek inderdaad maar aan de jongeren en middelbaren. Dat is een prima beleid. Zij hebben nog vele, mogelijk gezonde levensjaren voor zich, als zij genezen. En dan is er hoogstwaarschijnlijk ook geen tekortprobleem in gezondheidszorg meer.
Maar als dat dan zo is, laat ons ouderen tenminste met elkaar en bij elkaar zijn? Laat ons onze kinderen en kleinkinderen zien? Want dit eenzame, verwarrende, desolate leven op deze drastische wijze nog een jaartje verlengen, dat is pas een ware martelgang. Al die opgesloten ouderen, alle angst en gemis, die is het niet waard. Liever in samenzijn sterven dan in eenzaamheid overleven.
Geef een reactie